‘Pfff, best lastig hoor. Goed zijn voor jezelf, het milieu en de rest van de wereld.’
Waarom wil ik eigenlijk zo graag op vakantie? Ik vraag me dat weleens af als ik op zo’n zwarte zaterdag urenlang stilsta op een bloedhete Franse snelweg, met op de achtergrond La ballade des gens heureux. Alleen maar om ergens anders te kunnen zijn dan thuis in mijn eigen veilige huis?! En terwijl ik dan gekookt word in de auto, zit ik me ook nog af te vragen of ik thuis wel de deur op slot heb gedaan en de strijkbout uit het stopcontact heb getrokken. Wat een feest, hè? Er moet zich dus wel iets héél speciaals bevinden aan de voorkant van die file. Maar wat?
Wat is er nou zo leuk aan (bijvoorbeeld) Frankrijk? Het land waar ze zó snel praten dat je eigenlijk niet eens kunt verstaan of ze je nou een koekje aanbieden of tóch hun president. Ma-ca-ron of Macron, ik hoor het verschil niet bij die snel babbelende Fransen. Na drie wijn kan ik sowieso geen touw meer vastknopen aan een gesprek, en tijd om het op te zoeken in mijn boekje Wie, wat, waar in Frankrijk krijg ik ook nooit. Ik loop standaard drie zoektermen achter, dus voor ik heb gevonden wat les Français nou bedoelden in zin één, hebben zij alweer vier nieuwe zinnen over me heen gerateld waar óók weer acht begrippen in voorkwamen die ik niet begreep. Pfff… en dat heet dan vakantie.
Waarom ga ik niet naar de Veluwe? denk ik vaak als ik weer eens de weg kwijt ben in zo’n enorme supermarché waar je evengoed zes keer wordt aangereden door een Nederlander met haast. Waarom moet ik nou zo nodig naar een land dat is opgedeeld in 18 regionen, 97 departementen, honderden arrondissementen, duizenden communes en maar een paar lullige wijnstreekjes? Waarom wil ik eigenlijk naar een land met 47 soorten schimmelkaas en maar 1 Julien Clerc?
Écht!? Weet jij het?
Ik laat me daar rauwe eieren en rauwe tartaar voorschotelen, terwijl we thuis op de barbecue lekker biefstukjes kunnen bakken! En zeg nou zelf: die gele weilanden en uitgedroogde bermen hebben wij tegenwoordig toch ook? En de druif is inmiddels zo gemanipuleerd dat die bij ons ook wel groeit hoor. Net als de lavendel. Ik hoef dus helemaal niet naar Frankrijk!
Maar dan zie ik mezelf weer door met koolzaad begroeide heuvels rijden met Françis Cabrel op de achtergrond. Est-ce que ce monde est sérieux? vraagt hij zich af in een nummer waarop zijn gitaar mij volledig tot rust brengt. Lekkâh …
Toch is wat hij zingt eigenlijk triest. Hij vraagt zich namelijk af waarom het stierenvechten in Spanje nog steeds bestaat. Tsja, denk ik dan. Dat ís ook raar. Vakantie bevat, naast het filerijden, dus meer rare elementen. Naar Portugal vliegen en daar dan gaan zitten hopen dat je geen bosbranden hoeft mee te maken, bijvoorbeeld. Of een land bezoeken waar vaak aardbevingen plaatsvinden, wandelen in grotten die zouden kunnen onderlopen, op vulkanen die kunnen uitbarsten, of gezellig liggen bakken op een strand waar honderd meter verderop wanhopige vluchtelingen aankomen met duurbetaalde nep-reddingsvesten.
Hè, getsie, denk ik ineens. Ik weet dat het klimaat zwaar te lijden heeft onder de productie van mijn plastic slippertjes. Dat vliegen het milieu belast en in de file staan ook. En tóch heb ik er elk jaar weer behoefte aan. Al was het maar om even te kunnen ontsnappen aan al die krantenberichten over wat goed is en wat fout.
Maar volgend jaar ga ik het tóch eens anders proberen, denk ik nu. Dan sluit ik me af van de buitenwereld met al zijn (be)oordelen en ga ik luieren onder het druivendakje van mijn eigen huis. Dan pak ik de ene avond een Franse wijn en de volgende avond een Argentijnse. En tijdens broeierige nachten – als gevolg van de opwarming van de aarde – blijf ik buiten liggen en ga ik sterrenkijken onder het genot van Spaanse tapas met een Chileens wijntje en een Frans kaasje. Of neem ik Belgische bonbons. Jaaaah, lekker! Ik proef dan de hele wereld zonder hem te belasten. Ik kijk er dus nu al naar uit en voel me een heuse wereldverbeteraar.
Of… o, nee… chips… denk ik dan meteen weer. Want hoe zouden al die lekkernijen hier eigenlijk allemaal komen?
Pfff, best lastig hoor, goed zijn voor jezelf, het milieu en de rest van de wereld.
Door Tineke
Tineke is schrijfster van de boeken “Toch?” en “Stof Genoeg” en ze blogt ook zo nu en dan. Ze woont op het platteland met één (leuke) man, twee (lieve) kinderen, drie (onbespeelde) muziekinstrumenten, vier (wisselende) mantelzorgprojecten, een (bijna) vijfde boek, haar zesde (luie) kat, en (dus) ongeveer zeven muizen.
Leestip
Heb jij de kerstboom al staan?
Heb jij de kerstboom al staan?
Nee joh, dat kan toch pas na Sinterklaas? 63%, 24 votes
24 votes63%
24 votes
Mij niet gezien, ik houd niet van kerst. 26%, 10 votes