Rode lippen, blonde haren, wulpse blik, dat is hoe de wereld Marilyn Monroe kent. Alice ging naar 90 jaar Marilyn Monroe, een tentoonstelling in de Nieuwe Kerk in Amsterdam. Moet je ook doen, zegt ze. Meer dan de moeite waard.
Negentig jaar zou ze zijn geworden als ze nog had geleefd. Hoe zou ze er nu uit gezien hebben? dacht ik, terwijl ik deze week in de Nieuwe Kerk in Amsterdam langs de vitrines met persoonlijke spullen en privé-eigendommen van Marilyn Monroe liep. Zou ze nog steeds die asblonde lokken en kersenrode lippen hebben gehad, die verleidelijke glimlach? We zullen het nooit weten, want tragisch genoeg is filmster, fotomodel en stijlicoon Marilyn Monroe niet ouder geworden dan 36 jaar. Op 5 augustus 1962 stierf ze aan een overdosis medicijnen.
Ik heb haar nooit gekend, want pas jaren na haar dood werd ik geboren. Toch heb ik altijd het idee gehad dat Marilyn van ‘mijn tijd’ is en daarin ben ik niet de enige. Beroemder dan Marilyn Monroe kun je niet worden, lijkt me en dat wordt bevestigd in de tentoonstelling 90 jaar Marilyn.
Elke vitrine vertelt iets over wie ze was en na ieder pad krijg ik het gevoel dichter bij haar te komen. Ik zie haar bijna verroeste krulspelden, haar oogschaduw en nepwimpers, haar nylon kousen en wereldberoemde jurken. Bij alle eigendommen is de koppeling gemaakt naar de film waarin ze de jurk droeg, de foto waarop ze de kousen aantrok. Alles straalt schoonheid, vrouwelijkheid en succes uit. Er draaien films, er zijn fotocollecties, ik zie en lees de brieven die ze kreeg, de brieven die ze schreef. Het licht in de kerk, de stilte die er heerst: je waant je in haar wereld en dat is knap gedaan.
Na anderhalf uur krijg ik het gevoel dat ik Marilyn ken. Niet alleen door naar haar roem en succes te kijken, maar ook door de slepende tragiek van haar leven. Ik weet hoe ze eindigde en daar zit de spanning van het verhaal en de tentoonstelling. Marilyn was niet alleen beeldschoon, succesvol en beroemd, maar ook eenzaam en onbegrepen. En dat ik uiteindelijk, na al die glitter en glamour, eindig bij een etalage waarin de rekening van het Presbyterian Hospital in New York ligt uitgestald, het psychiatrische ziekenhuis waar ze was opgenomen vanwege een depressie, voelt als voyeurisme. Ernaast liggen de kalmeringspillen die uiteindelijk haar dood werden. Haar kwetsbaarheid ligt gepresenteerd in een glazen vitrine, tentoongesteld voor de wereld en juist dat beeld grijpt me aan. Marilyn Monroe, een doodgewone ziel op zoek naar zichzelf, naar rust en geluk en ze vond het niet.
Kun je nog zo mooi gezongen hebben voor John F. Kennedy, nog zoveel beroemdheden in je adresboek hebben staan, er is weinig om jaloers op te zijn, denk ik wanneer ik naar buiten loop. Nou ja, die rode lippen, asblonde lokken en wulpse blik daarbuiten gelaten.