Proost. Op het zielenheil van de waterkoker, met dank voor alles wat hij voor mij betekende!
Ik weet niet wat het is hoor, met onze waterkoker. We hebben hem al dertig jaar. Langer dan menig huwelijk vandaag de dag duurt. Ik voel me een beetje getrouwd met mijn waterkoker. Maar nu lekt hij. Eerst een beetje, maar nu best wel erg. Een half litertje koken gaat nog net, maar bij een liter overstroomt de boel. Maar als je man lekt doe je hem toch ook niet meteen weg? Al een jaar dweil ik dat water gewoon op, als ik weer eens vergeet dat die liter niet kan. Al net zo lang ga ik naar de Blokker om een nieuwe te kopen, en als ik daar dan sta, zie ik leuke handdoeken, of snoezige mandjes. Of… nou ja, om kort te gaan, want ik ben al 128 woorden bezig met uitleggen dat de waterkoker lek is, iedere keer ga ik de deur uit zonder nieuwe waterkoker. Ik vergeet dat domweg. Of ik verdring het. Ik hecht me aan gebruiksvoorwerpen die al heel lang bij ons zijn. Zoals het houten naaidoosje van mijn oma. Ik ga toch geen nieuwe naaidoos kopen omdat haar oude kistje rammelt en ik mijn vingers openhaal aan de splinter die er al honderd jaar zit? Echt hè, honderd jaar! Zo oud is dat lieve doosje.
‘Dit kan echt niet meer hoor schat’, vindt Man, als hij een pot thee zet. De boel stroomt van het aanrecht af. ‘Het is ook nog eens gevaarlijk, als jij het niet doet, doe ik het, maar deze gaat de vuilnisbak in.’ Hij voegt de daad bij het woord en zet hem bij de spullen die naar de gemeentewerf moeten. Ah nee! Hij hoort zo op dat aanrecht, naast de melkschuimer (die ook invalide is). ‘Hallo zeg, moet ik je nu echt uitleggen dat hij niet leeft maar dooier dan dood is?’ vraagt Man zich verbijsterd af. Nee, dat hoeft niet, maar ik neem graag langzaam afscheid in plaats van acuut en meteen en nu. ‘Je neemt al een jaar afscheid. Het is EEN DING!! Of moet ik het uitvaartcentrum bellen? Wil je een kist, een mandje, zeg het maar. Doen we een borrel of een plakje cake? En niet vergeten hè, tante Dieuwer moet ook een kaart!’ Tante Dieuwer is een oudtante die gek is op begrafenissen en crematies.
Zucht. Nou, daar gaat-ie dan. Met een zwaai kieper ik hem in de bak met witgoed, zoals dat heet, op de gemeentewerf. Als ik thuiskom staat de lunch klaar. Buiten. Met wijn. En dat vind ik een passend afscheid. Proost. Op het zielenheil van de waterkoker, met dank voor alles wat hij voor mij betekende!
Door: Wieke Biesheuvel
Wieke Biesheuvel werkte en woonde zes jaar in Zambia, is nu voorgoed terug en probeert het Nederlandse leven weer onder de knie te krijgen. Waarbij ze beurtelings verbaasd, boos, dolgelukkig, verward of blij is.
Leestip
Heb jij de kerstboom al staan?
Heb jij de kerstboom al staan?
Nee joh, dat kan toch pas na Sinterklaas? 58%, 15 votes
15 votes58%
15 votes
Mij niet gezien, ik houd niet van kerst. 31%, 8 votes