Gratis blowen
Tineke: Ineens viel mijn oog erop. ‘1 uur gratis blowen’ stond er op het bord.
Een uur?? Is dat nog gezond? Met de wiet van tegenwoordig is het al vijf keer gevaarlijker dan het in mijn tijd al was. Dat heb ik nog geleerd tijdens een voorlichtingsavond, toen mijn kinderen gingen puberen. En nou heb ik het zelf nooit aangedurfd om ook maar één hijs te nemen, ik wist wel dat zelfs de doorgewinterde gebruikers uit ónze wazige tijd al wisten dat een uur achter elkaar erg slecht voor je longen en je hersens was. Moet je nagaan wat het veel sterkere spul van tegenwoordig dan doet!
Zal ik het bord gewoon omdraaien?, dacht ik opstandig. Als ik daarmee maar één puberbrein red – omdat dit dan niet gelezen wordt – dan ben ik al een held. In elk geval voor zijn of haar ouders, dan. Maar ik durfde het niet. Er stond een jongeman bij de ingang van het pand, met het krijtje nog in zijn hand. Hij had deze mededeling, denk ik, net op dat bord geschreven en bleef nu even staan kijken naar wat ik ervan vond. Onze blikken kruisten elkaar, dus toen ik mijn handpalmen naar boven richtte, mijn schouders optrok, mijn hoofd schudde en hem daarmee (zonder woorden) vroeg: ‘What the f…?’
Je hebt dus helemaal geen joint nodig om heel rare dingen te doen
(Je deed het, hè!? Geef maar toe! Je richtte je handpalmen naar boven, trok je schouders omhoog, schudde je hoofd en je zei het! Waarmee meteen maar is bewezen dat je dus helemaal geen joint nodig hebt om – zomaar uit het niets – heel rare dingen te doen! Maar dat geheel terzijde!)
‘Wat??’ beet de jongen met het krijtje me toe.
‘Ben jij op zoek naar een nieuwe baan, of zo?’ vroeg ik hem.
‘Nee, natuurlijk niet!’ bitste hij terug. ‘We hebben juist veel banen over! En daarom ga ik het nu maar proberen met een uurtje gratis.’
‘Maar kijk nou wat er staat!’ zei ik, terwijl ik naar het bord wees. En toen kwam hij toch naar me toe gelopen.
‘O, sh ..,’ riep hij toen hij dacht te zien wat ik bedoelde. ‘Sla u slag, staat er! Wat stom. Maar ik kan beter ‘je’ zeggen, hè? Sla jé slag klinkt eigenlijk veel beter! Toch?’ En ineens vond ik hem lief.
‘Nee, lieverd’, zei ik zacht. ‘U is wel fout… want het moet ‘uw’ zijn. Maar wat veel erger is: het dient geen enkel doel om bij een bowlingbaan een uurtje gratis blowen aan te bieden. Ik zou er maar gewoon ‘bowlen’ van maken.’
‘Ha! Strike!’ lachte hij toen. ‘Wat ben ik ook een bal, hè?’
Bij veel van wat ze dagelijks tegenkomt filosofeert én associeert Tineke (schrijfster/moeder/fotograaf/toneelregisseur/echtgenote) erop los.
Fotografie portret: Esmee Franken, Visagie Linda van Ieperen, Haarstylist Mandy Huijs
Beeld: Sandsgold