De angst voor de bijstand regeerde mijn leven

 

Marion (54): ‘Eigenlijk heb ik altijd graag een duidelijk talent willen hebben.

 

 

‘Eigenlijk heb ik altijd graag een duidelijk talent willen hebben. Een goede vriendin is bijvoorbeeld illustrator. Een andere vriendin is huisschilder, ook een duidelijk ambacht. Zelf heb ik een secretaresseopleiding gedaan en kan van alles maar een beetje. Toch heb ik het altijd heerlijk gevonden om samen te werken met mensen.

 

Ruim dertig jaar heb ik aan één stuk door gewerkt, waarvan achttien jaar bij Schiphol in drie verschillende functies. In die jaren merkte ik dat ik steeds beter werd in dingen regelen; informatie verzamelen, een planning maken en zorgen dat het plan wordt uitgevoerd. Maar ik denk dat ik vooral ook gewaardeerd word om mijn grote hart. Ik maak een familie van het bedrijf waar ik werk. Ik vervul vooral een sociale rol, want ik ben loyaal, heb liefde te geven en een dosis cynische humor. Daarnaast weten mensen wat ze aan me hebben. What you see is what you get.

 

Langer doorwerken is geen punt. Daarom voelde ik me enorm gekwetst toen mijn contract niet werd verlengd. Drie jaar lang ben ik op handen gedragen en toen mijn vaste contract eraan kwam, zeiden ze dat ik het werk niet aankon. Later kwam ik erachter dat mijn opvolger er een stagiaire bij had gekregen. Achteraf denk ik: ik had niet zoveel overuren moeten maken en aan moeten geven dat ze te veel van één persoon vroegen.

 

‘De angst om in de bijstand te komen begon mijn leven te bepalen’

 

Het heeft me echt een paar maanden gekost om die klap te verwerken. Moe in alle opzichten voelde ik me, uit het veld geslagen ook. Ineens begon ik aan alles te twijfelen. Ik dacht: als ik echt zo goed was, dan zat ik hier nu niet. Gelukkig kreeg ik op een gegeven moment weer wat energie. In totaal schreef ik ongeveer tweehonderd sollicitatiebrieven, maar het aantal gesprekken was op twee handen te tellen. Geloof me, dat is een cursus afwijzing. Ik voelde me afgewezen door het leven. En op een gegeven moment begon de angst om in de bijstand te komen mijn leven te regeren.
Twee jaar en vier maanden ben ik werkloos geweest. Uiteindelijk heb ik binnen mijn eigen netwerk een baan gevonden. Een contact belde toen er op haar werk een nieuwe vacature was vrijgekomen voor een office assistent. Ik had al eens bij dat bedrijf gesolliciteerd voor een functie waar ik uiteindelijk te weinig ervaring voor had, maar het gesprek was heel fijn geweest. Toen heb ik al mijn moed bij elkaar geraapt en mezelf rechtstreeks bij personeelszaken aangeboden. Ik kon een week later op gesprek komen en ben toen meteen aangenomen. Als ik gewacht had tot ze de functie hadden uitgezet, weet ik niet of ik het geworden was, dus ik ben heel blij dat ze me een kans hebben gegeven.

 

‘100.000 liedjes heb ik gezongen tijdens mijn werkloosheid’

 

Nu kijk ik een stuk positiever naar de toekomst. Deel uitmaken van een team is goed voor mijn eigenwaarde. En terugkijkend zie dat mijn werkloze tijd me uiteindelijk ook best wat gebracht heeft. Voor het eerst heb ik mijn museumjaarkaart eruitgehaald. Ik heb vrijwilligerswerk gedaan, mijn sociale netwerk is nóg groter geworden en ik heb mijn stad Haarlem geabsorbeerd. Ook ben ik me veel bewuster geworden van de seizoenen en de natuur doordat ik zoveel buiten ben geweest. Tot slot heb ik enorm genoten van een oppasbaantje, waarbij ik 100.000 liedjes heb gezongen met een tweejarig meisje. Zelf heb ik geen kinderen, daarom is dat een groot geschenk geweest. Ik heb er kunnen zijn voor vrienden in moeilijke tijden. Daardoor is het gevoel dat ik wel iets te bieden heb gelukkig nooit helemaal weggegaan.’

 

 

Interview: Marijke Kolk