Miloe leert haar kinderen vragen
Miloe: Tuurlijk, je moet beleefd blijven. Maar stilletjes wachten tot je een keer aan de beurt bent hoeft echt niet.
‘Ik heb altijd geleerd dat het niet netjes is om ergens om te vragen.’ De mondhygiëniste die net mijn negenjarige 45 minuten lang de les heeft gelezen over zijn matige tandenpoetsvaardigheden, draait zich om en loopt naar de smetteloze ladekast. ‘Maar jullie hebben geluk, ik wilde ze net pakken.’ Ze overhandigt mijn kinderen met een misprijzend gebaar het muntje waarmee ze een plastic item uit de automaat kunnen bemachtigen. Die automaat is de reden dat mijn kinderen dolgraag naar de tandarts gaan, dus toen het leek alsof de mondhygiëniste hen zonder muntje liet vertrekken, werden ze zenuwachtig. De jongste trok aan mijn mouw. ‘We hebben nog geen muntje gekregen,’ fluisterde ze paniekerig in mijn oor. ‘Dan moet je dat even vragen aan die mevrouw,’ zei ik hardop, zoals ik altijd tegen ze zeg als ze graag iets willen waar niet ik, maar iemand anders voor kan zorgen. Zelf vragen waar de wc is in een restaurant, of ze het stampertje uit mijn glas met spa rood mee naar huis mogen nemen, een snoepje uit de pot naast de kassa mogen hebben.
Niet zeggen wat je wil, dat doe ik al 42 jaar, en ik weet ondertussen hoe weinig het oplevert
Dat deze mondhygiëniste de aloude volkswijsheid ‘kinderen die vragen worden overgeslagen’ blijkt aan te hangen, irriteert me mateloos merk ik als ik haar afgemeten een hand geef bij het afscheid. Ze geeft daarmee niet alleen mij als moeder een standje, maar vertelt mijn kinderen ook dat je vooral bescheiden moet zijn. Stilletjes moet wachten op je beurt. Vooral niet moet zeggen wat je wil. Zelf doe ik dat al 42 jaar van mijn leven, en ik weet ondertussen hoe weinig het oplevert. Niet vragen of iets kan of mag, betekent dat er niks gebeurt en je makkelijk wordt vergeten. En dus heb ik me stellig voorgenomen dat mijn kinderen, die van zichzelf ook niet echt haantje de voorste zijn, juist niet van het extreem bescheiden soort moeten worden. Ze vinden vragen eng en spannend, doen het bijna fluisterend, maar ik hoop toch dat oefening kunst baart. En dat ze later, als ze vinden dat ze recht hebben op meer salaris, of hulp nodig hebben, dat ook durven te vragen.
Ik leer ze overigens ook vragen te stellen die niet over hun eigen, maar over andermans behoeftes gaan. Vragen waarmee laat je merken dat je iemand anders hoort en ziet. Vragen hoe het echt met iemand gaat, waar jij iemand mee kan helpen. Eigenlijk zouden we allemaal veel meer moeten vragen en minder moeten vertellen, elkaar minder de les moeten lezen. Vragen zorgt dat je niet wordt overgeslagen. Vragen zorgt dat je een ander niet overslaat. Vragen is dus eigenlijk het toppunt van netjes, mevrouw de mondhygiëniste.