‘Was het Gods wil dat we geen nieuw leven mochten verwelkomen?’

 

‘Tegen al onze opvattingen en overtuigingen in besloten we op een gegeven moment om een dokter te raadplegen.’

 

 

 

‘Onze huwelijksdag was vol van belofte en zou een gouden randje krijgen. We kenden elkaar al bijna vijf jaar toen hij mijn vader om mijn hand vroeg. Maar we hadden nog geen kennis gemaakt op die ene manier want die is aan de huwelijksnacht voorbehouden. Wat er gebeurde die nacht overkwam me. Overkwam ons allebei. We waren nog zo vreselijk onervaren en onwetend op dat gebied. Maar ook in de intimiteit, zo mochten we in de loop der maanden ervaren, waren we elkaars uitverkorenen.

 

Na een half jaar begonnen de blikken van verstandhouding als we op zondag naar de kerk gingen. We merkten ze allebei op en waren ervan overtuigd dat ze ermee te maken hadden dat vrouwen het voorrecht hebben om het leven door te geven. We zeiden tegen elkaar dat God er vast een hoger plan bij had dat we niet direct zwanger mochten raken en toen mijn grootmoeder plots heel erg ziek werd en dag en nacht zorg nodig had, wisten we het zeker. Maar na mijn grootmoeders hemelen vloeide ik nog steeds elke maand en dat zou zo blijven.

 

Het past niet binnen onze overtuiging om de natuur een handje te helpen. Maar onze hoop was omgeslagen in wanhoop en op onze vragen over het waarom er maar geen zieltje bij ons wilde landen, bleven de antwoorden uit. Twee jaar na die eerste nacht vroeg mijn moeder op de man af of er een reden was dat ik nog niet in blijde verwachting was. De reden moest ik haar schuldig blijven dus moest het wel Gods wil zijn.

 

Tegen al onze opvattingen en overtuigingen in besloten we op een gegeven moment om een dokter te raadplegen. Er volgden onderzoeken die zo beschamend waren dat we er vanzelf van overtuigd raakten dat waar we mee bezig waren niet goed was. Toch was het moeilijk om niet door te zetten. We doorliepen en ondergingen alle testen en kregen aan het einde van het traject te horen dat er geen enkele aanwijsbare medische oorzaak was gevonden voor ons kinderloos blijven. Wat er nog restte was ivf wat voor ons gelijk staat aan een ernstige zonde. De dokter zei dat de kans groot was dat ik toch spontaan in verwachting zou raken nu we wisten dat niets dat in de weg stond. De dokter zou geen gelijk krijgen.

 

We zijn nu de veertig gepasseerd en mochten in alle jaren van ons samenzijn nooit nieuw leven verwelkomen. Bij tijd en wijle worden we nog steeds geplaagd door de gedachte dat we er beslist geen goed aan deden om destijds naar die dokter te gaan. Zou God ons wel een kindje gegund hebben als we geduldig hadden afgewacht en ons lot in zijn handen hadden gelegd? Het is een vraag die ons kruis extra zwaar maakt. We zullen er nooit een antwoord op krijgen.’

 

Harolds naam is gefingeerd. Zijn echte naam is bekend bij de redactie.

 

Moet jou ook iets van het hart en wil je dat (anoniem) met ons delen? Stuur dan een mail naar info@franska.nl onder vermelding van ‘Dit moet ik even kwijt’.