‘Ik zeg dat ik blij ben dat hij even niet bang is voor de dood nu hij hier in mijn keuken helemaal onverwacht op de thee is beland, die lieve zwager van mij.

 

 

En terwijl ik me stilletjes zit af te vragen waarom we nooit eerder zo met z’n tweetjes zaten, hoor ik mezelf plompverloren vragen hoe het met zijn vrouw is – en met hen. ‘Tja’, zegt hij en valt dan even stil. Had ik dit niet moeten vragen? Zijn dit mijn zaken niet? Hij haalt zijn schouders op en lacht dan dat iedereen alles van hem mag weten en alles mag vragen nu hij toch bijna doodgaat – ‘er is niets meer te verliezen, dat is nou weer een voordeel’. Met zijn vrouw gaat het natuurlijk niet goed. En daar heeft ze ook een verdomd goede reden voor nu hij terminaal is verklaard. Wat zijn huwelijk betreft – ‘want dat bedoel je toch?’ Hij denkt niet dat hij later herinnerd zal worden als een voorbeeldechtgenoot.

 

‘Nee?’

 

Hij was toch juist níet de vreemdganger van de familie? Of heb ik er dan helemaal niets van begrepen? Hij is er niet trots op, zegt hij. Maar zo’n laatste levensfase zet je leven onherroepelijk heel erg op scherp en alles wat er niet aan klopt is hem in zo’n korte tijd zo vreselijk pijnlijk duidelijk geworden, dat het soms op een bijna-doodervaring lijkt, waarin ook een heel leven als in een film aan iemand voorbijflitst en wordt blootgelegd.

 

Dat hij, nu lichtjaren geleden, uit het huwelijk met zijn ex stapte om meteen over te stappen naar hun nanny, dat klopte natuurlijk eigenlijk niet. Als hij heel eerlijk is – ‘en achteraf is het altijd makkelijker praten’ – hertrouwde hij eerder uit gemakzucht dan uit liefde. ‘Ik denk weleens dat ik met mijn moeder ben getrouwd.’ Onbewust zal ook wel hebben meegespeeld dat ze de zorg voor zijn zoon op zich kon nemen. Maar het kwam hem ook wel heel goed van pas dat er voor hem werd gezorgd. Dat zijn kleren schoon in de kast hangen, dat er eten in huis is en op tafel staat en dat hij zich nergens druk om hoeft te maken, behalve om zijn werk. ‘Je zou kunnen zeggen dat mijn werk mijn leven is en dat ik daar – heel eerlijk – altijd heel content mee ben geweest en genoeg aan heb gehad.’

 

‘En als je nou niet dood zou gaan en hetzelfde zou weten wat je nu zit te vertellen? Zou je het dan anders gaan doen?’

 

Anna Maria is 49, moeder van een dochter van zestien en ze woont in de Randstad. Na twintig jaar strandde haar huwelijk. Op deze plek deelt ze wekelijks haar ervaringen – ook nu het daten weer begonnen is.

 

 

Benieuwd naar hoe het begon? Lees het hier.