Beleefdheid met uitsterven bedreigd

 

Sommige dingen sterven uit, en ze zeggen dat dat erbij hoort.

 

 

 

Zo is de dodo al lang geleden verdwenen, omdat hij zich domweg niet wilde aapassen, en ondanks dat alles tegenwoordig groter en agressiever moet, bleek ook de dinosaurus niet goed meer te voldoen aan de eisen van de huidige tijd.

 

Weg ermee, dacht moeder aarde dus. En da’s maar goed ook, want ik moet er niet aan denken dat in het huidige verkeer ook de dinosauriërs nog voorrang zouden hebben gehad. Soms is het dus gewoon beter dat iets uitsterft, of afgeschaft wordt.

 

Zo moest je vroeger stoppen met werken als je voor de klas stond en dan ging trouwen.

 

Getrouwde vrouwen waren levensgevaarlijk voor een klas vol met kinderen, dacht men toen. Maar gezien het huidige lerarentekort is het goed dat deze rare regel weer is afgeschaft.

 

En ook andere gewoontes lijken soms, als vanzelf, hun beste tijd te hebben gehad.

 

Beleefdheid, bijvoorbeeld. Ik ben bang dat ook dat aan het uitsterven is.

 

Bij het oversteken op een zebrapad sta je tegenwoordig dus eigenlijk heel lang te wachten tot alle auto’s zijn overgestoken. En als je het dan toch waagt om te gaan (omdat je volgens een ouderwetse wet nog gewoon voorrang denkt te hebben), wordt er geremd, getoeterd en gescholden.

 

Maar het zij zo. Ik heb me er heel lang boos over gemaakt, maar pas me in het kader van survival of the fittest tegenwoordig maar aan. Ik wacht tot er niemand meer is en pas dán steek ik over. Je kunt je alleen wel afvragen waarom dat zebrapad er dan nog ligt. En waarom ik nog omloop om juist dáár te gaan oversteken.

 

Misschien in het kader van suen? Is het misschien dan toch beter om op een gestreept stukje straat te worden aangereden dan op een effen zwart stukje? Als vroeger iemand je suede dacht je nog dat ze het streepje op de è vergeten waren, en het alleen maar over je suède schoenen of broek wilden hebben, maar sinds de invoering van auto-correct is zelf je best doen op spelling ook uitgestorven en betekent suen dus dat je een rechtszaak aan je broek hebt. Verder mag nu gelukkig niemand meer ongevraagd aan je broek zitten – de ongebreidelde macht der mannen raakt dus ook langzaam uitgestorven – maar voor lawsuits wordt dan weer een uitzondering gemaakt. Die heb je zomaar aan je broek, en je verdedigen is soms lastig, gezien het feit dat ‘onder ede verklaren’ tegenwoordig ook kan betekenen dat iemand gewoon glashard liegt, of met nepfeiten komt.

 

Het wordt er allemaal niet makkelijker op hè? Maar in het kader van ‘iedereen is gelijk’ heeft ook de leugenaar dus recht op… ja, waarop eigenlijk?

 

Maar goed, ik ben een dinosaurus. Ik vind nog steeds dat eerlijk zijn het langst duurt, en daarom ben ik misschien ook wel zo oud geworden. Iets wat bij notoire leugenaars, oplichters, en nepnieuwsverspreiders nog maar moet blijken of dat lukt. Het kan ook zo zijn dat zij als vanzelf weer uitsterven, omdat ze toch niet in onze maatschappij blijken te passen met de schade die ze aanrichten.

 

En soms is eerlijkheid en beleefdheid ook niet altijd fijn, hoor. Zo zat ik een tijd geleden opeens midden in de nacht met mijn man in het ziekenhuis en daar hoorden we dat hij iets mankeerde dat helaas ook dodelijk kan zijn, maar waaraan hij nu even niet zo snel geopereerd kon worden door de druk op de zorg als gevolg van (nog steeds) corona.

 

Tsja, eerlijk duurt het langst, maar het was toch wel even slikken.

 

We werden dus naar huis gestuurd en ik moest eerst even langs de apotheek van het ziekenhuis om daar morfine te halen.

 

En toen de mevrouw van de apotheek na uitgebreide instructies en heel enge mededelingen over ‘meteen 112 bellen bij dit, of bij dat…’ mij weer naar buiten liet, riep ze heel beleefd: ‘Fijn weekend!’

 

Hmmm. Ik houd van beleefdheid, maar dit klonk toch een beetje raar.

Door: Tineke

Tineke is schrijfster van de boeken “Toch?” en “Stof Genoeg” en ze blogt ook zo nu en dan. Ze woont op het platteland met één (leuke) man, twee (lieve) kinderen, drie (onbespeelde) muziekinstrumenten, vier (wisselende) mantelzorgprojecten, een (bijna) vijfde boek, haar zesde (luie) kat, en (dus) ongeveer zeven muizen.

Afbeelding van Tineke