21 best wel opmerkelijke dingen die deze lockdown met me doet
‘We mogen om tien uur thuiskomen,’ riep ik deze week blij naar mijn vriend. Hij schoot in de lach.
Het klinkt inderdaad alsof je veertien jaar bent en er eindelijk een later thuiskomuurtje bij weet te snoepen op een doordeweekse dag. Al heb ik helemaal niet zo’n behoefte om laat thuis te komen, deze lockdown doet rare dingen met me.
1. Ik geniet al van in de zon zitten op het bankje voor mijn huis. Beetje knikken naar voorbijgangers, theedrinken (?), praatje maken met mijn buren. Heel veel meer 60+ gaat het niet worden.
2. Soms scrol ik in mijn filmrol door 2019, om te checken of dat toen allemaal in één jaar gebeurde. Ik kan me niet eens voorstellen dat ik nu in één week moet doen wat ik toen in één dag deed. Je wordt al moe als je eraan denkt, toch?
3. Ik kijk naar vliegtuigen. We zeggen het thuis ook tegen elkaar. Zo van: ‘Hé, een vliegtuig.’ En dan een beetje wegdromen alsof je er zelf in zit.
4. Het voelde dus als één groot feest dat we een uurtje later thuis mogen komen. Blij worden van kleine dingen is ineens echt heel anders.
5. De lockdown heeft een ochtendmens van me gemaakt. Ik sta om zes uur op om te sporten, daarna mediteer ik en dan heb ik ook nog tijd over om de zonsopkomst te zien in de tuin. Ik herken mezelf bijna niet meer.
6. Een wandeling in een andere habitat is het hoogtepunt van de week. Ik was als een kind zo blij toen ik in de Kennemerduinen mocht struinen. Daar wil je trouwens echt een keer een zonsopgangwandeling maken. Ja daarvoor moet je onchristelijk vroeg voor uit bed.
7. Soms denk ik dat ik de kroeg ruik. Deze moet ik in de gaten houden, want dat schurkt tegen je verstand verliezen aan.
8. Nog even over dat vroeg sporten, ik vraag me dus ook af hoe dat in de toekomst moet. Dat zes uur opstaan vind ik lekker, maar dan val ik natuurlijk rond tien uur bij vrienden aan tafel in slaap. Hier moet ik nog even over nadenken.
9. Ik geloof dat ik mijn DHL-bezorger enorm ga missen ook. Ik voel het nu al.
10. Het is een geruststellend idee dat bij het Fieldlab-festival iedereen blijkbaar in een nanoseconde de anderhalve meter overboord gooide. Ik ben steeds bang dat ik straks anderhalve meter in de lucht spring als iemand me plotseling aanraakt. Ik ben het knuffelen buiten mijn huishouden verleerd.
11. Bij iedereen die niest of hoest zeggen wij met een raar Duits (?) accent: coroooonaaa. Ik wacht stiekem wel op het moment dat de eerste ermee gaat vloeken, dat is een mijlpaal.
12. We worden ook een beetje wereldvreemd, want elke keer dat de bel onaangekondigd gaat kijken we elkaar aan alsof we opgehaald en afgevoerd gaan worden. Het is nog net geen strootje trekken om te zien wie de deur open moet doen. Je zou denken dat we het juist lekker vinden om mensen te zien, maar dat valt toch tegen.
13. Je gaat je huis toch waarderen. Ik zeg er nog net geen ‘goedemorgen’ en ‘welterusten’ tegen, maar ik voel een band.
14. Ik kocht een printer. Een printer, jongens. Ineens kon ik mijn retourlabels niet meer afdrukken op kantoor, dus het was gewoon pure noodzaak. Even eerlijk: wie deed dit ook?
15. Het valt me trouwens best wel tegen dat ik nog geen Grieks spreek. Die thuisstudie schafte ik in oktober al aan, je zou toch denken dat dit moet vlotten. Misschien dat ik het boek toch een keertje open moet slaan.
16. Ik zie en spreek mijn overbuurvrouw vaker dan mijn beste vriendin. Even ter illustratie: mijn overbuurvrouw is in de zestig en laat zes keer per dag haar keffertje uit.
17. Het laatste kledingstuk dat ik kocht hangt nog steeds ongedragen in mijn kast. Echt een heel leuke lange roze blazer, maar ik heb gewoon geen reden om ‘m aan te trekken. What was I thinking?
18. Inmiddels heb ik alles ergonomisch wel in huis gehaald. Een kussentje in mijn rug, een laptopstandaard en ja, ook die voetensteun van Ikea.
19. Nooit gedacht dat ik niet meer zonder noise cancelling koptelefoon kan. Terwijl die noise hier echt best wel mee valt. Hoe deed ik dat vroeger, before corona?
20. Ik denk ook de hele tijd dat ik wil ontspullen en een minimalistisch leven ga leiden. Goddank blijft het bij gedachtes.
21. Naar de supermarkt gaan is het hoogtepunt van mijn week (zo blijf je trouwens zo lang als je kan in de Jumbo). Ook al moet ik gelukkig nog wel zin maken om te gaan, daar is maar weinig aan veranderd.