Rachel heeft een brugpieper in huis

 

Rachel: Mijn oudste is sinds een week officieel middelbare scholier. ‘Nou nou, dat is best een grote stap, hè’, werd er de afgelopen tijd vaak meewarig naar hem geknikt. Maar hij riep gisteren al dat die overgang van lagere naar middelbare school heel erg meeviel, terwijl ik net zat te denken dat alle veranderingen mij juist harder verrasten dan ik had gedacht.

 

Toen ik zelf naar het voortgezet onderwijs ging werd ik echt niet goed van dat gemekker over ‘grote stap’ de hele tijd. Ja, tuurlijk wordt het leven anders maar een trauma hou ik er heus niet aan over, vond ik. En zo bleek ook.

 

Daarom had ik me nu mijn zoon aan beurt is voorgenomen niet de hele tijd melancholiek te zuchten over einden van tijdperken en wat word je toch groot. Ik had geholpen met het kaften der boeken en het checken der bandenspanning, en daarmee ging meneer op de eerste dag richting school. Hoppekee. Maar toen hij aan het eind van schooldag 1 weer thuis was, vloog het me ineens hard aan hoe anders het allemaal ging worden.

 

  • Er wordt gedoucht na de gymles. En deodorant wordt van harte aanbevolen, mits geen spuitbus.

 

  • Geen gezellig wekelijks e-mailtje meer van de meester waarin een luizenkamsessie wordt aangekondigd, geen verfrommeld briefje meer onder in een Spidermanrugzakje waarin wordt gevraagd wie in de vakantie de vis wil verzorgen, geen inschrijflijstjes voor ouderavonden met een potlood aan een touwtje… Alle informatie moet je zelf ergens digitaal vandaan vissen. Drie inlogcodes heeft hij. Drie. Voor wifi-netwerken, elektronische leeromgevingen, iets wat Magister heet (met bijbehorende app) en de website waarop je elke ochtend voor je op je fiets springt moet checken of de gymjuf niet per ongeluk ziek is en de les uitvalt.

 

  • Hij gaat naar school met een telefoon.

 

  • En geld.

 

  • Binnen een dag zat hij in twee arbeidsintensieve WhatsApp-groepen: eentje met en eentje zonder de mentor als moderator. De echt belangrijke informatie gaat natuurlijk via de mentorloze klas-app, zodat op de tweede schooldag – toen het gerucht ging dat de eerste twee lesuren zouden uitvallen – zijn telefoon om 7 uur ’s ochtends 60 keer ‘ping’ deed omdat er 22 brugpiepers online gingen zitten speculeren over of ze hun bed uit moesten of niet.

 

  • Over een paar weken grabbelt hij waarschijnlijk met z’n ogen dicht in twee minuten de juiste boeken en schriften bij elkaar, maar voorlopig is het inpakken van de schooltas een klus waar een aantal checkrondes van moeder overheen moeten.

 

  • Dat elke dag huiswerk maken even wennen is had ik wel bedacht, maar niet dat iemand van elf-bijna-twaalf nog niet heel effectief kan plannen. Dus moet je ineens als een gek gaan zitten bedenken hoe je dat zelf vroeger ook alweer deed zodat je de brugsmurf daar een beetje bij kan coachen.

 

  • Tot een week voor de zomervakantie liep mijn zoon rond in H&M spijkerbroeken met stoplappen op zijn knieën, nu heeft hij ineens Nikes (in dezelfde schoenmaat als ik) en een mening over hoe zijn haar zit.

 

  • In plaats van de twee minuten lopen naar school moet hij nu de hele stad doorfietsen op een grote fiets met een kettingslot.

 

  • Er bevindt zich een geodriehoek in mijn huis.

 

  • En een passer.

 

  • Ik kon altijd wel op belangstelling Juf Monique of Meester Jos rekenen als ik ’s ochtends bij het wegbrengen naar school even riep dat hij een beetje oorpijn had of een wiebelende tand. Ik vermoed dat meneer X van Wiskunde en Mevrouw Y van Frans een stuk minder op dergelijke informatie zitten te wachten. En wie zijn die mensen eigenlijk?

 

  • Zijn eerste huiswerkopdracht van Nederlands was loeiend moeilijke grammatica. Nu is taal zeg maar echt mijn ding, maar dat ik bij lesje 1 al flink in mijn geheugen moest graven doet mij toch het een en ander vrezen voor de toekomst.

 

  • Als hij een gymtas, fiets, ingevuld briefje, broodtrommeltje, sleutel of banaan vergeet kan ik het niet even gauw achter hem aan dragen naar het schattige schooltje aan de gracht om de hoek.

 

Conclusie: dat van die grote stap is wel waar, maar het zijn de ouders die er nog niet aan toe zijn. Over een paar weken is het ongetwijfeld allemaal een beetje neergedwarreld, maar voorlopig ben ik maar mooi druk met al die veranderingen. Mijn zoon niet. Die riep toen ik ’m vanmorgen belde om te zeggen dat zijn lunch nog op het aanrecht stond ‘O, ik heb toch geld bij me. Doei.’

 

   

Rachel Lancashire is redactiemanager en tekstschrijver. Ze woont in een huis met een Engelse man die heel lekker kan koken, een zoon, een dochter, de gezusters cavia en een nieuwe geodriehoek. Haar tuin wordt momenteel opgegeten door slakken. Verder is ze van plan de trap binnenkort wit te schilderen.

Fotografie portret: Esmée Franken. Visagie: Linda van Iperen. Haarstylist: Mandy Huijs.